Historie

1910: "Es ge wilt voetballe, dan beginde in Rósmòlle mar een klup"


Met deze woorden gaf vader Lambermont, zonder het te weten, het startsein voor inmiddels al meer dan 110 jaar voetballen in Rosmalen.

Het begin
Toen in het voorjaar van 1910 Jo Lambermont bij zijn vader klaagde dat er in het dorp Rosmalen niet gevoetbald werd, gaf vader Lambermont de opdracht aan zijn zoon: "Es ge wilt voetballe, dan beginde in Rósmòlle mar een klup". Met 14 jongens werden de voorbereidingen getroffen. Bij de Smidse Hermens kon omgekleed worden. De thuiswedstrijden werden gespeeld achter de boerderij van Bert Coppens (waarin tegenwoordig een restaurant gevestigd is, bij de rotonde van de Schoolstraat en Rodenborchweg).

Het kostte de eerste jaren veel moeite de club draaiende te houden, vooral door tegenwerking van het kerkelijk gezag. In 1916 kwam kapelaan De Grood naar Rosmalen en die bleek een fervent voetbalfan. Het voetbal werd nieuw leven ingeblazen en de wedstrijden werden gespeeld bij bakkerij Verbiesen in de Molenhoek. Notaris Van den Mortel werd beschermheer onder de voorwaarde dat de club ging spelen in hun familiekleuren. Sinds dat moment zijn rood en zwart clubkleuren van O.D.I. (Ontspanning Door Inspanning) en later OJC ROSMALEN. Het eerste kampioenschap werd behaald in 1922 in de 2e klasse van de Rooms-Katholieke Voetbal Bond R.K.V.B.
 
Een van de vooroorlogse velden van Juliana
Juliana wordt opgericht
In het begin van de 20e eeuw was Hintham niet meer dan een buurtschap. Er woonden zo’n 500 mensen. In 1918 werd de zoveelste poging gedaan een voetbalclub op te richten en deze keer hield het stand.  Aannemer Leonard van Drunen en Martien van der Steen waren de eerste bestuursleden en toen de Annaschool werd opgericht verhuisde meester Broeren naar Hintham en werd ook bestuurslid.

In de geest van die tijd werd de club vernoemd naar prinses Juliana en er werd gespeeld in rood-wit-blauw gestreepte shirts. Het eerst werd gespeeld in de omgeving van de Wilhelminastraat. Via een terrein aan de Bosseweg en een veld ten oosten van de H. Annakerk werd een veld gevonden aan de Boterweg.

Kampioenschappen leverde de eerste periode niet op. En eind jaren 20 verdween het voetbal bijna weer uit Hintham. Maar Marinus en Harry van Alebeek bliezen weer nieuw leven in de club. Met Piet Huijsmans, de gebroeders Harrie, Piet en Jan van Stiphout en gebroeders Jan en Toon Swanenberg ontstond een hecht team met spelers die sterke Hinthamse wortels hadden.
In 1935-1936 werd Juliana voor de eerste keer in de geschiedenis kampioen. In 1938 was de club weer bijna ten dode opgeschreven, tot enkele leden van de harmonie de koppen bij elkaar staken om te voetballen. Daarmee luidden zij een periode van 10 jaar tot de fusie met O.D.I. waarin meerdere successen werden gehaald. In 1940 werd de titel weer een prooi en dat leverde onderstaande foto op:
Juliana kampioen 1940
Nieuw voetballeven
Jos Verstegen en Jan van der Plas waren in de koude Oudejaarsavond van 1927 de geestelijke ouders van de derde periode O.D.I. Er was niet genoeg leven in de brouwerij in de vereniging O.D.I. en daar moest iets aan gedaan worden. Theo Lambermont werd voorzitter, Frans van Kemmeren secretaris en Jos Verstegen penningmeester. Bart en Jan van der Plas traden ook toe tot het bestuur.

Bij Ties Creij op de hoogwei (in de omgeving waar nu de Creijenhoek is) vond men toen een veld. De eerste vriendschappelijke wedstrijd werd in Hintham tegen Juliana gespeeld en met 13-1 verloren. Al snel ging het beter en in 1931 promoveerde O.D.I. via een tweede plaats naar de eerste klasse. Vervolgens werd O.D.I. opnieuw twee jaar op rij tweede, telkens achter Zwaluw. In 1932-1933 promoveerde het voor het derde jaar op rij, nu naar de overgangsklasse. Met Driek Meurs, Marinus en Jos Heijmans, Cor van de Nieuwendijk, Thé Peters en Harrie 'de Witte' Vos stond er een stoer elftal dat voor de duvel niet bang was.

Het leidde in 1938 tot enig onbegrip toen voorzitter Theo Lambermont zijn aftreden aankondigde. Deze voorzitter verklaarde zijn terugtreden als voorzitter later als volgt: "Mijn geheel vrijwillig aftreden eertijds bij O.D.I. was niets ander dan om ‘the right man on the right place’ te krijgen. Nooit beter heb ik de verenigingsbelangen daarmee gediend." Voor zijn vele verdiensten voor de vereniging werd Theo Lambermont bij zijn afscheid tot erevoorzitter van O.D.I. benoemd.

27 jaar nadat hij in 1911 lid was geworden van O.D.I. en 11 jaar nadat hij toetrad tot het bestuur werd Bart van der Plas voorzitter van zijn club. Hij zou O.D.I. en haar opvolger O.J.C. tot een groeiende en bloeiende vereniging maken en is daarmee een van de belangrijkste grondleggers geworden van OJC ROSMALEN.
De oorlogsjaren
Tot 1940 speelde O.D.I. op een zandveld vooraan de Nieuwendijk, ongeveer waar nu de Creijenhoek is. Op tweede Pinksterdag in 1941 opende burgemeester Von Heijden echter een nieuw voetbalveld aan het einde van de Nieuwendijk (foto helemaal onderaan deze pagina). In de oorlog ging de competitie soms met horten en stoten door en O.D.I. speelde een hoofdrol in de nieuw gevormde derde klasse.

In de oorlogsperiode haalde O.D.I. het grootste succes in haar bestaan. In de bekercompetitie werd O.D.I. gekoppeld aan de eersteklasser Longa. Heel het dorp liep uit om international Henk Pellikaan te zien spelen. Het klasseverschil was echter zeer groot, er werd met 0-10 verloren.

Gloriedagen in Hintham
In 1938 werd Juliana voor de derde keer nieuw leven ingeblazen. Onder leiding van Frans van den Eerenbeemt (voorzitter), Lenard van Drunen, Wim Gommers, Piet Huijsmans en Frans en Marinus van Alebeek ging men weer voetballen. De clubkleuren werden van rood-wit-blauw veranderd in blauw met oranje. Op last van de Duitsers moest de naam Juliana veranderd worden in Hintham. De oorlogsjaren werden op voetbalgebied een groot succes. In 1939 werd Juliana kampioen in de derde klasse van de Brabantse Bond. Ongeslagen en met de doelcijfers 218-0. De krant schreef zelfs: "Zou Juliana opnieuw met dubbele cijfers winnen?"

In 1941 werd Juliana tweede achter het tweede elftal van TOP, maar omdat dat team niet mocht promoveren, ging Juliana naar de vierde klasse van de KNVB. In 1942 werd Juliana voor de derde keer in vier jaar kampioen. Topspelers in deze periode waren Tiny Swanenberg, Henk Trügg en Henk Quaadvliet.
Samen verder als O.J.C.
Na de oorlog ontstonden bij de gemeente Rosmalen plannen voor de aanleg van een centraal liggend sportveld in de gemeente. Daarbij wilde de gemeente wel naar een samenbundeling van krachten van de Rosmalense voetbalclubs. In no-time werden O.D.I. en Juliana het eens over een fusie. Organisatorisch werd de nieuwe vereniging, genaamd O.J.C., door Bart van der Plas binnen een paar jaar op de rit gezet.

Het eerste en derde elftal gingen voetballen op de Nieuwendijk. Het tweede en het vierde speelden hun wedstrijden in Hintham. Vanaf het begin bleek de fusie een groot succes. Beide clubs pasten goed bij elkaar. Het uitstapje naar Didam vlak na de fusie leidde tot een groot gevoel van saamhorigheid.
Succes op voetbalgebied leverde de samensmelting vooralsnog niet op. In de derde klasse zakte O.J.C. gaandeweg steeds verder weg. In 1954 kon degradatie niet worden voorkomen. Daarna begon O.J.C. weer aan een opmars omhoog. In 1959 was O.J.C. torenhoog favoriet. De koffietafel stond al klaar, de harmonie was besteld. Maar RKSVA voorkwam promotie naar de derde klasse door met 1-0 te winnen. In deze periode waren toeschouwersaantallen van 3.500 tot 5.000 gewoon, wanneer er een belangrijke wedstrijd werd gespeeld.

Bij het 50-jarig bestaan in 1960 werd alsnog de felbegeerde titel behaald. Onbedreigd werd O.J.C. kampioen, waarna ook de promotiewedstrijden tegen Budel Schoot, W.V.V.Z. en Margriet winnend werden afgesloten.
Kroegentocht door het dorp na het kampioenschap in 1967
Gouden jaren zestig
Met het kampioenschap en het gouden jubileum in 1960 brak een periode van hoogtepunten aan. Eindelijk verhuisde O.J.C. van de Nieuwendijk naar een echt sportpark, De Hoef. Jarenlang hebben Maliskamp en O.J.C. gezamenlijk gebruik gemaakt van de voetbalvelden aan de Sportlaan. Er werd daarnaast ook nog jaren op de Nieuwendijk gevoetbald en getraind.

In 1966 trad Bart van der Plas af, na 28 jaar voorzitter en 38 jaar bestuurslid te zijn geweest. Hij werd benoemd tot erevoorzitter. Helaas kon hij slechts enkele maanden van zijn afscheid genieten en overleed de man die zoveel voor O.J.C. heeft betekent in september 1966. Opvolger Jos van der Aa bouwde verder aan de prachtige club. Onder zijn leiding groeide De Hoef met de bouw van een nieuw clubhuis en een fraaie tribune tot een imposant sportpark.

Het eerste elftal kampioen in 1967 en promoveerde naar de tweede klasse. Op bovenstaande foto dat kampioenselftal, met heel wat OJC-coryfeeën (die tot op de dag van vandaag dicht bij de club betrokken zijn) in de gelederen. In 1969 werd bijna het walhalla van het amateurvoetbal bereikt, maar promotie werd op een haar na gemist. In 1970 degradeerde de hoofdmacht, om tenslotte in 1974 via de nacompetitie weer te promoveren naar de tweede klasse. In 1973 werd Jeu Philips voorzitter.
A1 in 1967-1968
Groei van de jeugdafdeling
Dankzij gerenommeerde trainers als Piet van der Sluys en Servé Vos speelde het eerste elftal maar liefst 20 jaar aan een stuk in de tweede klasse. Zelden met kampioenskansen, maar ook over het algemeen ook gevrijwaard van degradatiegevaar.

Achtereenvolgens leidden Jan Venrooij, Leo Kappen en Jan Geerts als hoofdjuniorenleider de jeugdafdeling. In 1967 werd Wim Durieux aangesteld als jeugdtrainer, later opgevolgd door Piet Spierings. In 1970 werd een heuse jeugdafdeling opgericht, met Jeu Philips als eerste jeugdvoorzitter (foto onder: het eerste jeugdbestuur).

En vanaf dat moment begonnen de jeugdteams op steeds hoger niveau te spelen. Tonnie van Pinxteren bereikte met de A1 de hoofdklasse en speelde daarin jarenlang bovenin mee. Toen in 1985 een landelijke jeugdcompetitie voor profclubs werd ingesteld was de A1 van O.J.C. als een van de weinige amateurclubs daarbij. Ook de B1 (Jo van Alebeek), C1 (Johan van Schijndel) en D1 (Jan van Hirtum) regen kampioenschappen aaneen. De C1 werd in 1982 zelfs Brabants kampioen onder leiding van Johan van Schijndel.
Het eerste jeugdbestuur
OJC 75 jaar
In 1985 werd O.J.C. 75 jaar oud en dat jubileumjaar kende een uitbundige viering. Een jaar later nam Jeu Philips afscheid als voorzitter en nam Leo van der Plas de leiding van de vereniging over. Leo was een Julianaman, die voortkwam uit de boezem van de club en zich al eerder op veel fronten inzette voor O.J.C.

Op weg naar de hoofdklasse
In 1990 werd Leo van der Plas als voorzitter opgevolgd door Leo Hoedemakers. Rosmalen en een club met 1.000 leden verdienden meer dan een tweedeklasser en onder zijn bewind klom OJC in de jaren 90 naar het hoogste amateurniveau. In 1990 werd tegen Dongen al de KNVB districtsbeker KNVB gewonnen, wat de eerste echt grote prijs in de historie van de vereniging betekende. OJC mocht deelnemen aan de landelijke Amstel Cup en verloor in de tweede ronde van eerstedivisionist Excelsior met 4-1.
Kampioen 1993-1994
In het seizoen 1993-1994 kwam dan eindelijk een eclatant succes: kampioen en promotie naar de eerste klasse. Na de naamswijziging (van r.k.v.v. O.J.C. naar v.v. OJC ROSMALEN) en de komst van trainer Wiljan Vloet werd een lang gekoesterde droom eindelijk werkelijkheid. Na 27 jaar eindelijk weer eens een titel, na 20 jaar weer promotie. De bekroning volgde in 1998 met een kampioenschap in de eerste klasse en promotie naar de hoofdklasse. Nooit eerder speelde OJC ROSMALEN op het allerhoogste amateurniveau. In de volgende jaren sprak het eerste elftal een aardig woordje mee, met een vierde plaats en nieuwe deelname aan de landelijke bekercompetitie als hoogtepunt. Er volgden thuiswedstrijden tegen onder meer Fortuna Sittard, FC Den Bosch en twee keer VVV-Venlo.

Een nieuw hoogtepunt beleefde OJC in het jubileumjaar van het 90-jarig bestaan (foto). In Sint Willibrord werd het sterke HSV Hoek met 1-0 verslagen in de finale van de districtsbeker. In 2001 moest OJC, na degradatie uit de hoofdklasse, een trapje lager acteren, maar meteen werd de ploeg onder leiding van trainer John Meijs met grote overmacht weer kampioen van de eerste klasse.
Bekerwinnaar 2000
Terug naar de Rosmalense polder
Op bestuurlijk niveau is OJC jarenlang met de gemeente in gesprek geweest over verhuizing van het sportpark. Op initiatief van de gemeente werden die gesprekken rond 1994 gestart. Men wilde een nieuw bouwplan ontwikkelen op De Hoef. Als gevolg van deze bespiegelingen werd er jarenlang niet geïnvesteerd in het sportpark. Er verschenen houten keten als kleedlokalen om de groei van de club tijdelijk te kunnen opvangen. Van grootschalig onderhoud was nauwelijks nog sprake.

In 2003 leek de verhuizing van OJC nog volledig af te ketsen, maar twee jaar later was een nieuwe, ultramoderne accommodatie - waar menig profclub jaloers op is - toch een feit. OJC was na 40 jaar terug in de Rosmalense polder, alleen was de polder goeddeels verdwenen door de groei het dorp. De eerste wedstrijd op De Groote Wielen was, voor de KNVB beker, tegen VVV-Venlo en werd met 0-6 verloren. In oktober 2005 werdt het voetbalcomplex officieel geopend met een vriendschappelijke wedstrijd tegen Sparta Rotterdam, dat op dat moment getraind werd door Wiljan Vloet.
De Groote Wielen
Op hoog niveau
Sinds 2002 speelde OJC met wisselend succes in de hoofd- en eerste klasse. In 2003-2004 volgde helaas weer een degradatie, toen (na een spraakmakende eindsprint) rechtstreekse degradatie werd voorkomen, maar de nacompetitiefinale tegen Internos na strafschoppen werd verloren. In 2005 speelde OJC opnieuw nacompetitie (ditmaal voor promotie), maar in de finale daarvan bleek Triborgh te sterk. Ook in 2006 kwam OJC in de finale van de nacompetitie en drie keer bleek scheepsrecht. Voor meer dan 2.000 toeschouwers werd een enerverende wedstrijd gespeeld tegen Deurne. Na 90 minuten was de stand 4-3 en OJC promoveerde daarmee opnieuw naar de hoofdklasse.

In de daaropvolgende jaren wisten de rood-zwarten buiten de nacompetitie te blijven. Het presenteerde zich onder hoofdtrainers Mark den Brok, Gerrit Willems en Dennis Dekkers als een degelijke middenmoter, met af en toe een uitschieter naar de subtop. Seizoen 2013-2014 werd een groot hoogtepunt in de rijke historie van de club. Zowel het eerste als tweede elftal kroonden zich tot kampioen van de hoofdklasse en de A1 pakte eveneens de titel in de 3e divisie.

Ook bij (de rest van) de jeugd steeg OJC ondertussen tot grote hoogte. De A1, B1, C1 en D1 spelen nog altijd op landelijk niveau, in de tweede of derde divisie, en behoren daarmee tot de hoogst spelende jeugdteams uit de regio. Maar daarnaast was en is OJC ook een club die veel spelertjes aantrekt met minder voetbalkwaliteiten, maar met zeker zoveel voetbalplezier. Er werd op ons nieuwe complex een interne competitie gestart met 4 tegen 4-wedstrijdjes op miniveldjes en het ledental steeg flink.
Groei ledenaantal
Explosieve groei
In 2002 werd een nieuwe organisatiestructuur ingevoerd. Dat leidde tot een kleiner bestuur met een groot aantal commissies, die werken op basis van eigen bevoegdheden binnen bestuurlijke kaders. Maar liefst 450 vrijwilligers waren rond die tijd actief binnen de club. De vereniging groeide explosief, waardoor het voetbalcomplex al meteen uit zijn jasje groeide. Spoedig werden de 1600e en 1700e leden verwelkomd. In 2008 besloot de gemeente de zaken grondig aan te pakken en het complex voor de toekomst geschikt te maken. Er werden drie kunstgrasvelden aangelegd, met als opdracht voor de club om iets te gaan betekenen voor nieuwbouwwijk De Groote Wielen.
Eeuwfeest
In 2010 bestond OJC ROSMALEN honderd jaar en dat werd op grootse wijze gevierd. Onder meer een 24 uurs-voetbalmarathon en een uitverkochte feestavond in De Kentering zetten Rosmalen een weekend lang op zijn kop. In augustus 2010 stond de teller al op 1.825 leden. Op dat moment waren er liefst 56 teams actief in de A- t/m F-jeugd en naast de 6 meisjesteams speelden er nog eens ruim veertig teampjes van 5-, 6- en 7-jarigen onderlinge wedstrijden. Ook voor 35+, 55+ en later zelfs peuters en kleuters werden nieuwe voetbalactiviteiten georganiseerd, zodat er inmiddels van 2 tot 100 jaar bij OJC kan worden gevoetbald.
Henk Geurden reikt prijs uit
OJC ROSMALEN is de laatste twee decennia qua leden verdubbeld en uitgegroeid tot een van de grootste voetbalverenigingen van Nederland, met zo'n 2.400 leden en 500 vrijwilligers. Het eerste jaar in de Topklasse startte explosief, met vijf overwinningen op rij, en ons vlaggenschip wist zich knap te handhaven op dat hoge niveau. De laatste jaren speelden we veelal in de Derde Divisie, maar momenteel (2021-2022) zijn we actief in de Zondag Hoofdklasse B.

Jubileumboeken
Tijdens het jubileumseizoen 2010-2011 verscheen een speciaal boek, waarin de geschiedenis van de voetbalclub OJC ROSMALEN wordt beschreven. Voor 25 euro zijn deze fraaie boeken nog beschikbaar. Stuur bij interesse een e-mail naar secretaris@ojcrosmalen.nl.

Tien jaar later, tijdens het 110-jarig bestaan, werd er opnieuw een 'jubileumboek' uitgegeven. Het werd een speciale editie, waarbij via de Rosmalense Jumbo-filialen in totaal 396 verschillende fotostickers uit de rijke historie van OJC bij elkaar gespaard konden worden. Alle leden ontvingen een hardcover spaaralbum, wat door velen gretig werd gevuld.
Jubileumboek 100 jaar OJC
Nieuwendijk
Terug naar boven